Waarom zwarten zwarten verkochten
Na een lange tocht door het Afrikaanse binnenland arriveert een slavenkaravaan in een dorpje aan de kust. Tekening gemaakt in 1794 door de schipper van een slavenhaler
Nederlanders die in Afrika slaven wilden kopen, hoefden daar nooit ver voor te reizen. Afrikaanse handelaren brachten hun slaven naar de kust om ze daar aan de blanken aan te bieden.
Want de zwarten, de negers, hadden zelf ook slaven. En die verkochten ze graag aan de meestbiedenden. Lees eerst even verder voordat je Schande! roept.
Verschil
Er is een belangrijk verschil tussen de slavernij bij de zwarten en die bij de blanken:
Bij de blanken was de slavernij gekoppeld aan rassen-denken. Blanken vonden zichzelf betere mensen dan de zwarten. Ze zagen zwarten als een soort dieren zonder veel hersens of gevoel. Kroesvee, schelden de matrozen in Slavenhaler.
In Afrika bestond slavernij al heel lang en had daar niets te maken met huidskleur. De zwarte stammen maakten slaven buit tijdens oorlogen tegen een naburige stam. Ze namen dan de overwonnenen mee naar hun dorp en lieten ze werken. Of, als je aan iemand een schuld had die je niet kon betalen, dan moest je die persoon als slaaf dienen.
Blanken bieden geld
Maar toen kwamen de blanken en die boden veel geld (of boesjes) voor die slaven. De blanken namen de slaven mee overzee, naar de nieuwe koloniën die ze daar stichtten.
Die koloniën, zoals Nederlands-Brazilië (en later Suriname en de Antillen) waren een nieuwe ontwikkeling. Je kon er suiker verbouwen en koffie en tabak. Die produkten brachten in Europa veel geld op. De blanken vonden het echter te heet om zelf het zware werk te doen. Daar gebruikten ze de slaven voor.
De koloniën groeiden en groeiden, en de blanken hadden steeds meer slaven nodig. In Afrika begonnen de handelaren daarom de zwarte stammen langs de kust op te jutten om meer slaven te leveren. Ook de prijs ging omhoog.
Leven veranderde
Daardoor veranderde het leven in Afrika. Steeds vaker pleegden de zwarte stammen invallen bij de buren, met als enig doel om daar jonge mannen en vrouwen gevangen te nemen en die aan de blanken te verkopen.
Ook de manier van straffen werd anders. Vroeger werd in Afrika een misdadiger, of iemand die te lief deed tegen de vrouw van een koning, gestraft met gevangenisstraf of het afhakken van een hand, of soms met de dood.
Maar nu kregen de Afrikanen in de gaten dat je zo iemand veel gemakkelijker als slaaf aan de blanken kon verkopen. Je was er vanaf en je kreeg er nog geld voor ook!
Zo ontstonden de slavenkaravanen. Ver in het binnenland werden al die slaven bijeengebracht: mensen die schulden hadden, dieven, moordenaars of mensen die gevangen waren genomen bij een rooftocht. In lange optochten en geboeid liepen die slaven dan naar de kust. Een reis van soms wel duizend kilometer of langer.
In Slavenhaler is het Yao, van de Ashanti-stam, die met zo'n slavenkaravaan aan het strand van Arder arriveert. Yao verkoopt zijn slaven voor negentien pond boesjes per stuk aan de schipper van de Roode Cameel. Een koopje, vindt de schipper.
Meer weten?
Wil je meer weten? Bestudeer zelf de bronnen (boeken en artikelen), die schrijver Rob Ruggenberg over dit onderwerp heeft gelezen.
|